Gratis verzending vanaf 30 euro
Binnen 2 werkdagen in huis
100.000+ leerlingen gingen je voor

Wisselkoersen

Als je naar het buitenland gaat, kan het zijn dat je daar met een andere valuta moet betalen. Je moet dan eerst geld wisselen. Als het duurder wordt om een andere munt te kopen, stijgt de wisselkoers van deze munt. De wisselkoers wordt bepaald door vraag en aanbod op de valutamarkt. In dit artikel lees je meer over wisselkoersen en hoe die tot stand komen.

Wisselkoersen

Hoe werken wisselkoersen?

Hoe werken wisselkoersen?

Wisselkoersen komen tot stand op de valutamarkt. Op de valutamarkt worden verschillende munten verhandelt, zoals bijvoorbeeld de euro, de Amerikaanse dollar en de Turkse lira. Op de valutamarkt gebruik je één munt om een andere te kopen. Zo kun je bijvoorbeeld euro’s gebruiken om Turkse lira’s te kopen of kun je je Amerikaanse dollars verkopen om daarmee Russische roebels te kopen. Als je een valuta gebruikt om een andere te kopen voer je een transactie uit op de valutamarkt.

Doordat op de valutamarkt de vraag en het aanbod van geld samenkomen ontstaat de prijs van een bepaalde valuta. Deze prijs is de wisselkoers. De wisselkoers van één valuta wordt altijd weergeven in een andere valuta. Zo kan de prijs van lira’s in euro’s of de prijs van roebels in dollars stijgen en dalen.

Voorbeeld 1

Stel je voor dat de koers van lira’s in euro’s 7 is. Dit betekent dan dat 1 euro gelijkstaat aan 7 lira:

Lira (₤)Euro (€)

7

1

 

Als de wisselkoers van de lira verandert ten opzichte van de euro, betekent dat dat de prijs van lira’s in euro’s verandert. Stel je voor dat de wisselkoers van lira’s in euro’s verandert van 7 naar 8:

Lira (₤)Euro (€)

7

1

8

1

 

 

In dit geval daalt de koers van de lira. Bij een wisselkoers van 7, moest je 7 lira betalen om één euro te krijgen. Bij een koers van 8 moet je 8 lira betalen voor één euro. Omdat je bij een koers van 8 meer lira’s moet betalen om één euro te krijgen, daalt de waarde van de lira.

Andersom stijgt in dit geval de koers van de euro. Eerst kreeg je 7 lira voor één euro, en nu 8. Omdat je nu meer lira’s voor één euro krijgt, wordt de euro meer waard. De koers van de euro stijgt dan.

Omdat bij wisselkoersen de prijs van één munt wordt uitgedrukt in die van een andere munt, stijgt de waarde van de ene munt als die van de andere daalt. Stel je voor dat sinaasappels goedkoper worden in verhouding tot appels. Appels worden dan in verhouding duurder dan sinaasappels. Wisselkoersen werken hetzelfde: als lira’s goedkoper worden in verhouding tot euro’s, worden euro’s in verhouding duurder dan lira’s.

 

Voorbeeld 2

Stel je voor dat iemand in Rusland een huis in de Verenigde Staten wil kopen. Dit huis kost 1.000.000 dollar. Als iemand in Rusland alleen Russische roebels heeft, kan hij of zij daar niet mee betalen in de Verenigde Staten. In de Verenigde Staten gebruiken ze geen roebels, maar dollars. Je moet dus eerst je Russische roebels inwisselen voor Amerikaanse dollars voordat je daar een huis kunt kopen.

Stel je voor dat de wisselkoers van roebel in dollar 40 is. Je betaalt dan 40 roebel voor één dollar. Een huis van 1.000.000 dollar kost dan 1.000.000 × 40 = 40.000.000 roebel.

Roebel (₽)Dollar ($)

40

1

40.000.000

1.000.000

 

Stel je voor dat de wisselkoers van de roebel daalt naar 80. In plaats van 40.000.000 roebel moet je nu 1.000.000 × 80 = 80.000.000 roebel betalen voor hetzelfde huis.

Roebel (₽)Dollar ($)

80

1

80.000.000

1.000.000


De wisselkoers van de roebel is hier gehalveerd. Eerst moest je 40 roebel betalen voor één dollar en nu 80 roebel. Je moet dus twee keer zoveel roebels betalen voor één dollar. Het huis kost nog steeds 1.000.000 dollar, maar dit huis wordt voor iemand met alleen Russische roebels dan twee keer zo duur. De wisselkoers van de roebel is gedaald, terwijl die van de dollar is gestegen.

Hoe stijgen en dalen wisselkoersen?

Stijgen en dalen

Op de valutamarkt worden wisselkoersen bepaald door vraag en aanbod. Net als op andere markten bepalen zij de evenwichtsprijs en evenwichtshoeveelheid van een valuta. Op de markt voor euro’s wordt de prijs bijvoorbeeld bepaald door de vraag naar euro’s en het aanbod van euro’s. Stel je voor dat je een dollar inwisselt voor een euro. Je biedt dan dollars aan, terwijl je euro’s vraagt. Andersom kun je ook euro’s inwisselen om er dollars voor terug te krijgen. In dit geval bied je euro’s aan en vraag je dollars. Door de vraag en het aanbod naar euro’s ontstaat de evenwichtsprijs van euro’s, namelijk de wisselkoers. Ook wordt zo de evenwichtshoeveelheid, de hoeveelheid euro’s die wordt verhandeld, bepaald.

Voorbeeld 3

Op de valutamarkt wordt de prijs van Turkse lira’s bepaald door vraag en aanbod. De vraag en aanbod grafiek ziet er als volgt uit:

Grafiek 1 wiselkoers

De prijs van lira’s in euro’s is hier 6. De wisselkoers van lira’s in euro’s is dan 6: je moet 6 lira betalen om één euro te krijgen, en als je één euro inwisselt krijg je 6 lira. In de grafiek worden de prijs, de hoeveelheid en vraag en aanbod weergegeven in euro’s. Als de vraag stijgt, gaat dit dus om de vraag naar euro’s. Als het aanbod stijgt, stijgt het aanbod van euro’s.

Vraag en aanbod werken op de valutamarkt hetzelfde als op andere markten. Bij een gelijk aanbod zal de prijs van iets stijgen als de vraag stijgt. Bij een gelijke vraag zal de prijs dalen als het aanbod stijgt. In dit voorbeeld is de markt die wordt weergegeven de markt van euro’s. Als de vraag naar euro’s stijgt, zal bij een gelijk aanbod de prijs van euro’s stijgen:

Grafiek 2 wisselkoers

In de grafiek hierboven zie je dat de vraag verschuift van V1 naar V2. Het aanbod blijft gelijk. De prijs van lira’s verandert dan: die gaat van 6 naar 8. Omdat de vraag naar euro’s stijgt en het aanbod gelijk blijft, worden euro’s duurder. De koers van de euro stijgt dan. Je krijgt nu 8 lira voor één euro in plaats van 6. Andersom zal de koers van de lira hierdoor dalen: eerst moest je 6 lira betalen voor één euro, en nu 8.

Naast de vraag naar een valuta kan ook het aanbod van een valuta veranderen:

Grafiek 3 wisselkoers

In de grafiek hierboven zie je dat het aanbod van euro’s stijgt van A1 naar A2, terwijl de vraag gelijk blijft. Hierdoor daalt de evenwichtsprijs van 6 naar 4. De koers van de euro daalt dan: eerst moest je 6 lira betalen voor één euro en nu nog maar 4. De prijs van euro’s is gedaald. Andersom stijgt de koers van de lira: je kunt nu meer euro’s kopen met één lira.

Hoe kunnen vraag en aanbod naar een valuta veranderen?

Vraag en aanbod van valuta

Als een valuta veel gevraagd wordt, wordt er veel geld ingewisseld om die valuta te kopen. Bij een hoge vraag naar euro’s zullen er bijvoorbeeld veel dollars en andere valuta worden ingewisseld tegen euro’s. De vraag naar euro’s kan stijgen en dalen en is afhankelijk van veel verschillende factoren. Ook het aanbod van euro’s kan stijgen als er veel euro’s worden ingewisseld tegen andere valuta.

Betalingsbalans

Een mogelijke oorzaak voor het veranderen van een wisselkoers is het veranderen van de betalingsbalans. De betalingsbalans is de balans tussen import en export. Het gaat er hier dus om hoeveel er wordt verhandeld tussen landen. Als je in Nederland iets wilt importeren uit de Verenigde Staten moet je je euro’s omwisselen voor dollars. Hoe meer er wordt geïmporteerd, hoe meer er ingewisseld zal worden. Bij een hoge import uit de Verenigde Staten stijgt de vraag naar dollars.

Andersom kun je in Nederland ook exporteren naar de Verenigde Staten. Je verkoopt in dat geval iets aan iemand in de Verenigde Staten. Deze persoon zal dan dollars moeten omwisselen voor euro’s. Hierdoor stijgt de vraag naar euro’s. De euro wordt veel gevraagd, omdat veel mensen in de Verenigde Staten euro’s willen kopen om daarmee producten in Nederland te kopen.

Stel je voor dat Groot-Brittannië een positief saldo op de betalingsbalans heeft ten opzichte van de Verenigde Staten. Groot-Brittannië exporteert dan meer naar de Verenigde Staten dan er geïmporteerd wordt. Andersom zullen de Verenigde Staten dan een negatief saldo op de betalingsbalans hebben ten opzichte van Groot-Brittannië. Er wordt in de Verenigde Staten meer geïmporteerd uit Groot-Brittannië dan er naar geëxporteerd zal worden. De vraag naar ponden in de Verenigde Staten is dan hoger dan de vraag naar dollars in Groot-Brittannië. De wisselkoers van de pond zal dan stijgen ten opzichte van de dollar. Andersom zal de wisselkoers van de dollar dan dalen ten opzichte van de pond.

Beleggingen

Naast de handel in goederen en diensten kan de wisselkoers ook worden beïnvloed door beleggingen. Bij beleggingen worden er bijvoorbeeld aandelen of obligaties gekocht met als doel daar rendement mee te behalen. Als er veel wordt belegd in één land, zal de vraag naar de valuta van dat land stijgen, waardoor de wisselkoers stijgt. Stel je voor dat de aandelenmarkt in de Verenigde Staten snel stijgt. Beleggers zullen dan meer aandelen willen kopen in de Verenigde Staten. Om aandelen in de Verenigde Staten te kunnen kopen heb je eerst dollars nodig. Bij veel vraag naar aandelen in de Verenigde Staten zal de vraag naar de dollar ook stijgen, waardoor de wisselkoers van de dollar stijgt. Ook de rente in verschillende landen heeft een invloed op de wisselkoers. Stel je voor dat de rente in Groot-Brittannië 10% is, terwijl die in de Verenigde Staten 2% is. Beleggers zullen dan eerder hun geld willen uitlenen in Groot-Brittannië dan in de Verenigde Staten. Beleggers zullen meer gaan beleggen in Groot-Brittannië, waardoor de vraag en daarmee de koers van de Britse pond zullen stijgen.

Naast de aandelenkoers en de rente in een land houden beleggers rekening met nog veel andere zaken in een land voordat zij daar gaan beleggen. Het kan bijvoorbeeld gaan om de schulden die er zijn in een land, of de politieke situatie. Al deze dingen samen bepalen hoeveel van een bepaalde munt beleggers zullen vragen.

Wat is het verschil tussen een vaste en een variabele wisselkoers?

Vaste en variabele wisselkoers

Sommige wisselkoersen veranderen constant. De koers van de dollar kan op een dag een paar procent stijgen of dalen ten opzichte van de euro. Er is sprake van een variabele wisselkoers. Bij een variabele wisselkoers wordt de prijs van een munt bepaald door vraag en aanbod. Als de koers van een munt bij een variabele wisselkoers stijgt, spreek je van appreciatie. Als de koers daalt spreek je van depreciatie.

Niet alle wisselkoersen komen tot stand door vraag en aanbod. In sommige gevallen kan de overheid van een land besluiten tot een vaste wisselkoers, waarbij de koers van een munt vaststaat aan die van een andere munt. Een voorbeeld hiervan is de koers van de Deense kroon. Deze koers staat vast aan die van de euro: één euro is altijd rond de 7,46 Deense kroon. Als de euro dan daalt den opzichte van bijvoorbeeld de dollar, daalt de Deense kroon evenveel.

Om de wisselkoers vast te zetten, moet de centrale bank van een land constant ingrijpen. Stel je voor dat er ineens weinig vraag naar de Deense kroon komt. Als de koers van de Deense kroon bepaald zou worden door vraag en aanbod, zou deze dalen. Om ervoor te zorgen dat de koers van de Deense kroon dan gelijk blijft, zal de Deense overheid moeten ingrijpen. Bij een daling van de vraag zal de Deense overheid valutareserves moeten gebruiken om de wisselkoers stabiel te houden. Door reserves in bijvoorbeeld dollars of euro’s te gebruiken om Deense kronen op te kopen, kan de Deense overheid meer vraag creëren, waardoor de wisselkoers gelijk blijft. Andersom kan het ook zo zijn dat er ineens veel vraag komt naar de Deense kroon, waardoor bij een variabele koers de koers van de Deense kroon zou stijgen. De Deense overheid moet dan voorraden Deense kronen gaan verkopen. Bij het verkopen van Deense kronen stijgt het aanbod van Deense kronen, waardoor de stijging in vraag gecompenseerd wordt en de koers gelijk blijft.

Het is voor de Deense overheid lastig om de wisselkoers van de kroon altijd precies gelijk te houden. De overheid moet dan constant ingrijpen door kronen te kopen of te verkopen. Om dit te voorkomen is er een bandbreedte ingesteld. De Deense overheid en de EU hebben afgesproken dat de koers van de Deense kroon maximaal 2,25% mag stijgen of dalen ten opzichte van de euro. Als de koers van de Deense kroon dan verder stijgt of daalt, moet de Deense overheid ingrijpen.

Als een land een vaste wisselkoers heeft, kan het ervoor kiezen om deze iets te laten stijgen of dalen en daarna weer vast te zetten. Stel je voor dat de Deense overheid en de EU besluiten om de koers van de Deense kroon vast te zetten op 1 euro = 8 DK. Er vindt dan een devaluatie plaats. Een valuta wordt gedevalueerd als de vaste wisselkoers van die valuta daalt. Andersom spreek je van een revaluatie als de vaste wisselkoers van een valuta omhoog gaat.

Video

Wil je wisselkoersen nog beter snappen? Kijk dan onderstaande uitlegvideo van Economie-Academy.

6 Items

Set Descending Direction
per pagina

Ontvang exclusieve tips in het examenjaar

Graag helpen we jou in het examenjaar richting je diploma!
Zit jij in je examenjaar en wil jij slagen? Schrijf je dan in voor:

Exclusieve tips
De geheimen van het eindexamen
Een template voor jouw leerplanning
Dat extra zetje in de rug

Ik ben
© 2024 ExamenOverzicht.nl